Zoeken
Verhaalfragment zoals niet voorgelezen tijdens Lebowski Live
Wegens een afgeschafte trein raakte ik vorige zondag niet tijdig in Amsterdam, waar ik een verhaal zou voorlezen over de ietwat ongelukkige plek die kanker inneemt tussen een mens en zijn hobby’s. 

Verhaalfragment zoals niet voorgelezen tijdens Lebowski Live

Gepubliceerd op 30 mei, 2016 om 00:00, aangepast op 30 januari, 2017 om 00:00

Kanker komt voor in verschillende gedaanten, bijvoorbeeld de gedaante van een vrouw die Rita heet en in haar achtertuin haar maandverband uitwringt. Ik woon op het Vlaamse platteland en daar heb je nog vrouwen die hun maandverband uitwringen. Dit verhaal speelt zich evenwel in Nederland af. Ik heb van de Nederlandse gierigheid nog maar weinig ondervonden, maar ik ga er voor het gemak van uit dat daar ook maandverbanden uitgewrongen worden.
Hieronder het fragment dat ik in De Nieuwe Boekhandel zou voorlezen.

Als je een midlifecrisis hebt kun je een minnares nemen, een motorfiets kopen of schaalmodellen van bekende gebouwen maken van lucifers. Omdat Sjaak van Deun wegens overmatig alcoholgebruik half impotent was en om dezelfde reden geen rijbewijs meer bezat, koos hij voor het laatste. Hij had schaalmodellen gemaakt van de Eiffeltoren, de toren van Pisa en het stadion van Feyenoord. Daar was hij niet gelukkiger van geworden. De midlifecrisis stond boven de schaalmodellen.

‘Ik heb het hogerop gezocht,’ zei Sjaak op een ochtend tijdens het ontbijt tegen zijn vrouw.
Rita haalde met haar vingernagel een fragment spinazie van tussen haar tanden. De dag tevoren hadden ze spinazie gegeten.
‘Wat heb je hogerop gezocht?’ vroeg ze terwijl ze haar groene vingernagel bekeek. ‘Mijn clitoris kan ’t niet zijn, want die heb je nooit laag gezocht.’
Sjaak keek naar de zak brood op de tafel. Hij had zich zijn vrouw voorgesteld als een hoer die hem twee keer per dag pijpte zonder dat hij daarom hoefde te vragen, als een hoer die hem één keer per dag pijpte nadat hij daarom had gevraagd en als een vrouw die hem verliet. Zijn echtgenote was hoer noch ex-vrouw geworden. Als pasgetrouwd koppel hadden Sjaak en Rita schaterlachend in een bassin met water in een tv-studio gelegen en nu keek hij van het brood naar haar, en hij dacht: jouw kop in sneden in die zak.
Het was de schaalmodelbouwerij die Sjaak hogerop had gezocht. Hij was het zodanig
hoog gaan zoeken dat hij uitgekomen was bij schaal 1:1. Hij zou een bekend gebouw op ware grootte nabouwen in lucifers. Of beter: heropbouwen.
‘Ik raaskalde maar wat,’ sprak hij tot zijn vrouw, ‘ik heb niks gezocht, wat zou ik moeten vinden?’ Rita sloeg een bladzijde om van de VARA-gids die naast haar bord lag.

‘Voetbal is een teamsport,’ had Sjaak de dag tevoren in de kleedkamer tegen zijn spelers geroepen, ‘maar de coach behoort blijkbaar niet tot het team. Ik sta alleen tussen krijtlijnen en ik roep naar jullie tot ik schor ben en jullie zijn doof.’
‘We horen je wel,’ zei de diepe spits. ‘We zien ’t gewoon anders dan jij.’
‘Je ziet het anders dan ik. In de 54ste minuut stond jij naar de cornervlag te kijken.’
‘Ik had die minuut even niks anders te doen. En ik vond het een heel mooie vlag.’
‘Sleur je mij door de stront?’
‘Nee, ik ben dol op cornervlaggen. Ik kan daar uren naar kijken.’
‘Ik word thuis al door de stront gesleurd door mijn vrouw, jij kunt je die moeite gerust besparen.’
‘Het is een kleine moeite om jou door de stront te sleuren. Met alle respect, coach, maar je bent een pleeborstel. Weet je dat de man van de krijtlijnen voldoening haalt uit die rechthoek voor onze dug-out? “Ik kan het kwaad in de wereld niet tegenhouden, maar ik kan hem tegenhouden,” dat zei hij over jou.’
‘Dat verzin je!’
‘Jouw werkelijkheid is een ding geworden dat je niet aankunt en daarom begin je maar te roepen dat alles verzonnen is.’
Sjaak sloeg zijn ogen neer. Zijn diepe spits had gelijk. De werkelijkheid was een ding geworden dat hij niet aankon. Zijn spits stond naar de cornervlag te kijken omdat de bal niet kwam. De bal ging alle kanten op, behalve de goeie kant. Toen de spits van het andere elftal scoorde en over het veld rende met de bal onder zijn truitje, brak de coach. Sjaak van Deun was 44, trainer van een stelletje amateurs en parttime leverancier van kerstbomen. Maar in de eerste plaats was hij, in het gapend gat dat zijn leven was, vader van een zwangere dochter die verongelukt was. Die bal onder dat truitje deed de tranen uit Sjaaks ogen springen. De mensen die het zagen stonden er niet lang bij stil omdat zijn jongens bedroevend aan het spelen waren.

Net als de man van de krijtlijnen had Sjaak het kwaad in de wereld niet kunnen tegenhouden, wie kon dat wel?
Sjaak had het kwaad in veel gedaanten gezien. Toen hij voor het eerst begon na te denken over het huwelijk als over een lek rubberbootje dat opgevouwen wordt en in de kelder wordt gelegd, begon het kwaad in Sjaaks dromen te verschijnen in de gedaante van Ron Brandsteder die hem met een zwetende kop vroeg wat Rita’s lievelingsgerecht was. ‘Spinaziestamp met boerenworst,’ antwoordde hij, waarop Rita goedkeurend haar halfgroene gebit bloot lachte. Toen Sjaak en Rita deelnamen aan de Honeymoon Quiz lag alles nog open, het gebeeldhouwde lichaam dat gekneld zat in een autowrak zat nog verborgen in het blok graniet, ze waren nog gelukkig met z’n tweeën en Sjaak hoefde nog niet een man te zijn die spontaan was en initiatief nam. Althans, zijn vrouw zeurde hem nog niet de oren van zijn kop met het woord ‘initiatief’. Van lieverlede had ze dat gezeur opgegeven, de belangrijke initiatieven – het huis, het kind, de vakantiebestemmingen – werden door haar genomen en Sjaak was haar altijd gevolgd. Hij was een knikker, zoals elke normale man. Achter duizenden gevels in dit land bekwaamden mannen zich iedere dag in het knikken. Gek dat sommige vrouwen zich daaraan ergerden, in plaats van blij te zijn dat zij mochten beslissen dat de reis naar Ibiza ging of dat er een kind kwam. Het echtpaar is niet bedoeld om samen knopen door te hakken, de een hakt en de ander knikt. Waarom zou de een beslissen dat er geel behangpapier in de keuken komt en vervolgens van de ander verwachten dat hij driftig van nee schudt en roept: ‘Het is ook mijn keuken, het wordt olijfgroen papier of ik sla die hele keuken kort en klein’? Alleen hun auto had Sjaak voor zijn rekening genomen, maar een auto was geen belangrijk initiatief, een auto was iets waarin de toekomst gestorven was. Na het ongeluk had Sjaaks moeder vaak tegen hem gezegd: ‘Als je maar met je vrouw blijft praten.’ Maar het was voornamelijk zijn vrouw die met hem, of tegen hem, bleef praten. Die ochtend kwamen er vooral spinazieresten uit haar mond.
‘Komt er wat op televisie vanavond?’ vroeg Sjaak aan zijn vrouw.
‘Zie ik eruit als de VARA-gids?’ antwoordde ze zonder op te kijken van de VARA-gids.
‘Nee,’ gaf Sjaak toe, ‘als je eruitzag als de VARA-gids zou ik ons abonnement opzeggen.’
‘Bedankt,’ zei ze, nu wel opkijkend, ‘’t is dat mijn kut al bloedt, anders zou mijn hart bloeden.’

En dan gaat Rita dus naar de tuin om haar maandverband uit te wringen, maar daar zal ik het, als ik er geraak, tijdens een volgende Lebowski Live over hebben.

Auteurs
Auteur: Tim Foncke

Ex-komiek Tim Foncke (Aalst, 1978) schreef De geachten (briefroman) en Het leven is goed als je niet deelneemt (verzamelde brieven 2009-2011). Naar aanleiding van enkele brieven werd hij in 2013 veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf. Hij werkt als tekstschrijver voor diverse tv-programma's.

Blijf op de hoogte

Volg onze sociale media voor het laatste nieuws: