Zoeken
Pop en literatuur (92): The Moody Blues en René Descartes
Iedere week bespreekt Cor de Jong de relatie tussen pop en literatuur. In deze aflevering bekijkt hij de filosofische onzekerheid van René Descartes, The Matrix en het conceptalbum On the Threshold of A Dream van The Moody Blues.

Pop en literatuur (92): The Moody Blues en René Descartes

Gepubliceerd op 20 april, 2020 om 00:00, aangepast op 21 april, 2020 om 00:00


 

 

Misschien zou boven deze aflevering eigenlijk ‘Pop en filosofie’ moeten staan. Het album On the Threshold of A Dream (1969) van The Moody Blues is te zien als een filosofische verkenning. Het is een conceptalbum, met nummers die in elkaar overlopen en poëtische, deels gesproken stukken. Dat begint al direct met de dialoog in het nummer ‘In the Beginning’, dat naadloos overgaat in ‘Lovely to See You’. 

Het nummer begint met een langgerekte, langzaam opgebouwde elektronische ruis, waar een orgeltoon zich in mengt. Het doet wat denken aan het begin van de film 2001: A Space Odyssey, die een jaar eerder verscheen. Die film opent met scènes uit de oertijd. De titel ‘In the Beginning’ verwijst eveneens naar het scheppingsverhaal uit de Bijbel. Maar de dialoog die volgt heeft niet zoveel met de Bijbel van doen:
 

The Moody Blues – In the Beginning

 

[First Man:] 

I think, 

I think I am, 

therefore I am, I think.

 

[Establishment:] 

Of course you are my bright little star,

I've miles

And miles

Of files

Pretty files of your forefather's fruit

And now to suit our

Great computer,

You're magnetic ink.

 

[First Man:] 

I'm more than that, 

I know I am, at least, 

I think I must be.

 

[Inner Man:] 

There you go man, keep as cool as you can.

Face piles

And piles

Of trials

With smiles.

It riles them to believe

That you perceive

The web they weave

And keep on thinking free.

 

 

De eerste regels herkent de geoefende lezer (of iets minder geoefende lezer) als een vrije variatie op het bekende Cogito Ergo Sum van René Descartes: ‘Ik denk, dus ik ben.’ 

Die spreuk markeert overigens ook een begin. Niet van de schepping weliswaar, maar wel van de moderne filosofie. Descartes formuleert hiermee zijn eerste heldere inzicht. Dat inzicht is het resultaat van zijn welbekende twijfelexperiment, dat hij uitvoert in zijn Discours de la méthode uit 1637.

Het experiment komt er in het kort op neer dat Descartes zich de vraag stelt welke kennis met zekerheid vastgesteld kan worden. Alle kennis die door overlevering (dus van anderen) verkregen is, valt af, evenals alle kennis die verkregen wordt door waarneming, want onze zintuigen kunnen ons bedriegen. Zo redenerend trekt Descartes alle kennis in twijfel. Niets is zeker, alles kan in twijfel getrokken worden, dus wat overblijft is de twijfel zelf. Hoe dan ook is er een subject dat twijfelt, dat denkt. Die zekerheid kan niet in twijfel worden getrokken, meent Descartes: ‘Ik denk, dus ik ben’. 

Ook deze redenering is een begin, een metaforische geboorte misschien zelfs. De geboorte van de mens als denkend wezen wordt door Justin Hayward dunnetjes overgedaan in de eerste woorden van dit nummer. Maar hij trekt die ‘zekerheid’ van Descartes meteen in twijfel door er weer ‘I think’ aan toe te voegen. 

Descartes hield in zijn twijfelexperiment rekening met de mogelijkheid van van een ‘malin génie’, een kwade geest die ons bedriegt en onze geest ‘voorliegt’ met waanbeelden. Beschikken over een geest wil nog niet zeggen dat je beschikt over een lichaam. Je lichaam kan immers een projectie zijn van je geest. Sterker nog: je omgeving, je waarneming en zelfs de hele ‘buitenwereld’ kan een waanbeeld zijn, een voorstelling.

Dat idee wordt eeuwen later uitgewerkt in science-fiction, zoals de Matrix-films. Maar al ruim voor The Matrix komen The Moody Blues met een vergelijkbaar ‘malin génie’ op de proppen. Want direct na de eerste woorden van Hayward horen we een robotachtige stem die het bestaan van de ‘ik’ erkent, maar hem meteen ook reduceert tot ‘magnetic ink’. 

De twijfel is niet weg, integendeel. De ik-persoon spreekt zichzelf moed in: ‘I’m more than that,/ I know I am, at least,/ I think I must be’. Descartes ging een stap verder. Door zijn geloof in het bestaan van God verwerpt hij het idee dat de ‘buitenwereld’ niet meer is dan een waanbeeld dat ons door een slechte geest wordt voorgespiegeld. Maar de ‘ik’ op dit album blijft in twijfel. Zijn innerlijke stem stelt hem verder gerust. De filosofische vragen omtrent identiteit liggen op tafel en een antwoord volgt niet meteen. Ben ik ‘echt’ of ben ik iemands verzinsel? Wat is ‘echt’ eigenlijk? En ben ik vrij? Wat is vrijheid? 

Het doet denken aan The Matrix, maar ook aan een film als Blade Runner (1982), waarin vergelijkbare vragen worden opgeroepen. De vragen krijgen in de film noch in dit nummer een bevredigend antwoord. In The Matrix is er de mogelijkheid om uit de virtuele wereld te ontsnappen en de ‘echte’ te betreden. In Blade Runner komen androïden in opstand tegen hun makers. Het valt niet mee om te berusten in het idee dat de materiële wereld niet echt is of dat jouw bestaan slechts een projectie is. Het idee dat je herinneringen bijvoorbeeld niet echt zijn, maar geprogrammeerd, is voor veel personages in Blade Runner een ondragelijke gedachte. Bij The Moody Blues lijkt er wel sprake te zijn van berusting. ‘In the Beginning’ gaat over in het zorgeloze liedje ‘Lovely to See you’:


A wonderful day for passing my way.
Knock on my door and even the score
With your eyes

Lovely to see you again my friend.
Walk along with me to the next bend.


De buitenwereld klopt hier (letterlijk) op de deur van de ‘ik’. Een andere persoon treedt het leven van de ‘ik’ binnen. Projectie of niet: we worden gelukkig van de ander, van contact met de buitenwereld. 

Waar Descartes hartstochtelijk probeert een fundament te vinden dat als basis kan dienen om zeker te weten wat echt is en wat waar is, komen de personages in The Matrix en in Blade Runner in opstand tegen hun ‘makers’ . Op On The Threshold of a Dream lijkt liefde de uitweg. Het album sluit af met een tweedelig nummer, ‘Have you heard?’, met daarin de conclusie dat het belangrijkste is dat je behoort tot dezelfde wereld. Welke dat ook is…


Now you know that you are real
Show your friends that you and me
Belong to the same world
Turned on to the same word
Have you heard?

Auteurs
Auteur: Cor de Jong

Cor de Jong (1978) is schr?ver, leraar Nederlands en studiebegeleider b? de jeugdopleiding van Sparta Rotterdam. H? publiceerde al meerdere korte verhalen. De aanname is z?n debuutroman.

Blijf op de hoogte

Volg onze sociale media voor het laatste nieuws: