Zoeken
Wettig en overtuigend bewezen (2) Die planten zijn volgens de rechter ‘niet vanzelf naar binnen gewandeld’
Steven de Jong beschrijft de mensen die voor het hekje komen. Sommigen voor het eerst, anderen voor de zoveelste keer. Waar ging het mis? Verhalen vanuit de rechtbank.

Wettig en overtuigend bewezen (2) Die planten zijn volgens de rechter ‘niet vanzelf naar binnen gewandeld’

Gepubliceerd op 28 februari, 2019 om 00:00

“U lag daar lekker te snurken.” De politierechter in Alkmaar beschrijft de situatie waarin Jason (24) op donderdagochtend 6 september 2018 aangetroffen werd in zijn woning. In de kamer naast hem broeiden 151 hennepplanten onder een groot aantal lampen. Uit de meterkast verderop kwam bedrading die daar niet hoort. De zegels in de meterkast bleken verbroken.

“Ik heb dit allemaal gedaan,” zei Jason toen hij van zijn bed gelicht werd. “Ik en niemand anders. Ik neem de complete verantwoordelijkheid.” De eigenlijke huurder (hij was onderhuurder) wist hier volgens hem niks van. Case closed, zou je zeggen, maar later draaide Jason zijn verhaal bij. Hij gaf de schuld aan de eigenlijke huurder. Maar die zei: “Nee, Jason heeft mij belazerd! Ik vertrouwde hem. Ik wist niet dat hij dit in mijn woning zou plaatsen.” Dus het was toch Jason?

De hip geklede jongeman (knotje, legerjas, gympen) wordt verdacht van het bereiden en bewerken van cannabis, illegaal aftappen van stroom en het voorhanden hebben van 15,30 gram MDMA en 296,91 gram cocaïne. Die drugs zaten in een gesloten kistje, op een kast in zijn kamer. Vandaag, op donderdag 31 januari 2019, moet hij zich verantwoorden in het gerechtsgebouw van Alkmaar.

“Van wie was die harddrugs?” vraagt de rechter.
“Niet van mij,” zegt Jason.
“Eerder zei u van wel.”
“Ja, maar dat was een beetje naïef.”
“Wat deed u daar dan, behalve slapen?”
“Ik huurde die woning net drie maanden.”
“Hoe komt die hennepkwekerij daar?”
“Dat moet van de bewoner zijn.”

Met de bewoner bedoelt Jason de officiële huurder. Dit adres zou hem aangeboden zijn toen hij een andere woning moest verlaten. Voor 250 euro per maand, alles inclusief. “Ik kon nergens heen,” vertelt Jason over die tijd. “Ik wilde niet terugvallen op mijn ouders. Anders zou ik op straat slapen.”

De rechter: “Hoe is het om te wonen in een hennepkwekerij? Ik probeer me daar een voorstelling van te maken.” Jason: “Ik was blij dat ik onderdak had.” Zo abrupt hij bij zijn aanhouding de verantwoordelijkheid nam, zo vaag blijft hij nu over zijn relatie met de planten. Gaf hij ze water? Hielp hij met oogsten? Nee, beweert hij: die planten zijn van zijn ‘huurbaas’ en verder bemoeide hij zich er helemaal niet mee. Waarom Jason bij de politie eerst een ander verhaal afstak? “Ik wilde niemand verraden,” zegt hij daar nu over. “Maar ik wil ook niet voor andermans zaakjes opdraaien.”

Een melding bij Meld Misdaad Anoniem bracht de politie op zijn spoor. Nadere surveillance leerde dat de gordijnen steeds dicht waren en de ramen open. Verhoogd energiegebruik, bleek uit navraag bij de leverancier. Er is in ieder geval één keer eerder geoogst, concludeerde de recherche. Dat moet 16.880 euro en 8 cent opgeleverd hebben, aldus een rekenmodel. En voor precies dat bedrag verzoekt het OM een ‘vordering tot ontneming’: de uit misdaad verkregen inkomsten moeten in de schatkast.

Jason is eerder vrijgesproken voor een soortgelijk delict. Hij beschikt over een diploma installatietechniek. Af en toe doet hij uitzendwerk voor een producent in wasdoeken. Er is thuis het een en ander aan de hand geweest, meldt de Reclassering, maar hij heeft zelf geen psychische problemen. De psycholoog vindt hem “naïef, maar voldoende zelfredzaam”.

De officier van justitie gaat daar niet in mee. “Heel onaannemelijk,” zegt ze over Jasons verweer. Zij ziet in hem het brein achter de plantage. De coke was volgens haar bedoeld “om in het circuit te brengen”. Ze eist een taakstraf van 200 uur en een voorwaardelijke gevangenisstraf van drie maanden, met een proeftijd van twee jaar. En een vordering van 16.880,08 euro, vanwege die oogst.

Waarom zit de eigenlijke huurder niet hier, vraagt de advocaat aan de rechter, die volhoudt dat Jason een gewone huurder was die hier ongewild bij betrokken is geraakt. “Wat is er met zijn zaak gebeurd?” De advocaat wijst er ook op dat Jason geen sleutel had van drugskistje. “Client was daar geen heer en meester over, daarom vraag ik u om hem vrij te spreken van het bezit hiervan.”

De rol van de officiële huurder staat los van deze zaak, reageert de officier. “En stel dat die meneer hier wel iets mee te maken zou hebben, dan is er sprake van een misdaad in vereniging. Dat zou zelfs strafverzwarend kunnen werken. Feit is dat verdachte in die hennepkwekerij woonde.”

De rechter geeft Jason het laatste woord. “Voor mijn gevoel heb ik er niks mee te maken,” zegt hij.

Desondanks acht de politierechter alles bewezen. Ze vonnist conform eis: 200 uur werken, 16.880,08 euro betalen en drie maanden voorwaardelijk. “Hennepkaboutertjes bestaan niet,” houdt ze Jason voor. “Die planten zijn niet vanzelf naar binnen gewandeld. Ik reken die hennepkwekerij aan u toe.”

Auteurs
Auteur: Steven de Jong

Steven de Jong (1981) is opinieredacteur bij NRC Handelsblad, was twee jaar rechtbankverslaggever en organiseerde internetdebatten met lezers. Namens de Burgerlijke Raad voor het Regeringsbeleid toetste hij overheden op inspraakgevoeligheid en hielp ze met burgerparticipatie. Bezorgde burgers is zijn debuutroman.

Blijf op de hoogte

Volg onze sociale media voor het laatste nieuws: