Zoeken
Berichten uit de Biotoop: Stemprothese
Schrijfster Sabine van den Berg leeft met haar gezin in de grootste kunstenaarsgemeenschap van Noord-Nederland: De Biotoop te Haren. In het voormalige Biologisch Centrum van de RUG wonen en werken meer dan 300 mensen.

Berichten uit de Biotoop: Stemprothese

Gepubliceerd op 1 februari, 2019 om 00:00, aangepast op 2 februari, 2019 om 00:00

Ik klop het stof van mijn kleren en neem de gehoorbeschermer van mijn oren, hang hem in mijn nek. Houtje, Cor en Frank, de drie mannen van de Technische Dienst, zijn gearriveerd en vleien zich neer in hun kantine naast de werkplaats. Ik strijk over het tafelblad dat ik aan het schuren ben. Bijna klaar.

‘Wil je ook koffie?’ roepen ze. Ik draai me om en vraag voorzichtig of ik nog even door mag gaan met schuren. Cor fronst. ‘Als jij nou je koptelefoon opdoet, hebben wij er geen last van. Er zit zo’n klein gaatje aan de zijkant van je schuurmachine, daar kun je inpluggen.’ Geintje. Alle drie lachen ze. Ik schuif bij ze aan.

‘Frank gaat weg,’ zegt Cor. Het klinkt als een beschuldiging.

‘Ja, Frank gaat weg,’ beaamt Houtje verdrietig.

Frank slaat zijn ogen neer.

Ik schrik van de mededeling. ‘Is dat zo, Frank?’

Hij knikt.

‘Hoe moet het nu met jullie superheldenteam?’ vraag ik.

Ze weten het geen van drieën. ‘We moeten op zoek naar een nieuwe Frank,’ antwoordt Houtje.

Houtje, Cor en Frank zijn een drie-eenheid. Ondenkbaar dat er eentje afhaakt. Gedrieën fiksen zij werkelijk alles in De Biotoop, dankzij hen zijn overjarige elektrasystemen veilig, werkt het dichtgeslibde en steeds verstopte riool toch naar behoren en branden onze jaren-zeventig-radiatoren. Zij vullen elkaar perfect aan qua kennis en zijn op elkaar ingespeeld als partners na twintig jaar huwelijk. 

 

'Houtje, Cor en Frank zijn een drie-eenheid. Ondenkbaar dat er eentje afhaakt'

 

Voor Frank bij De Biotoop in dienst kwam, werkte hij als medisch instrumentenmaker voor een particulier bedrijf. Hij was gespecialiseerd in het maken van stemprotheses voor patiënten die hun stembanden misten na keelkanker. Er moest bezuinigd worden en Frank werd ontslagen. Hij vond werk bij De Biotoop. Inmiddels heeft een aantal oudcollega’s van Frank een eigen bedrijfje opgericht. Ze willen graag dat hij voor hen komt werken, Frank kan bij hen zijn oude specialisme verder ontwikkelen.

Houtje en Cor begrijpen dat allemaal natuurlijk wel, en ik ook, maar wat zullen we Frank missen. Die goede, lieve Frank, die nooit te beroerd is om op zijn vrije dag naar De Biotoop te komen om allerlei praktische rampen het hoofd te bieden.

Even later sta ik opnieuw mijn tafelblad te schuren. De mannen zijn weer aan het werk. Frank komt binnen. Hij blijft even staan kijken. Ik stop het schuurapparaat.

‘Dat is een oudje,’ merkt hij op en wijst naar het tafelblad.

Ik laat hem zien hoe ik de scheur die over het midden liep heb gelijmd, het fineer weer is vastgeplakt en wijd uit over de vieze plakverf die ik eraf geschuurd heb. Nu is het resultaat ernaar, maar eerst had Houtje zeer bedenkelijk gekeken en gevraagd of ik erg gehecht was aan de tafel. Zo slecht was het blad eraan toe.

‘Maar je was erg aan de tafel gehecht?’ vraagt Frank.

‘Ja.’ Ik schraap mijn keel, weet niet goed hoe ik het moet uitleggen, want een vrolijk verhaal is het niet. Ik vertel dat ik de tafel van vrienden heb gekregen, hun familie woont al generaties lang in een oude boerderij in Friesland. De tafel was daar blijven staan. Hij was van een joods gezin dat in de Tweede Wereldoorlog is afgevoerd en daarna niet is teruggekeerd. Ook mijn vrienden konden de tafel om die reden niet zomaar wegdoen. Ze zochten een goed plekje voor hem en zo kwam hij jaren geleden in mijn bezit. Ik denk vaak aan het jonge joodse gezin dat dromen moet hebben gehad en net als ik at of spelletjes deed aan dezelfde tafel. Dit voorwerp is misschien het enige wat nog aan hun bestaan herinnert. Als ik niet meer aan ze denk, wie moet er dan af en toe nog aan ze denken? Daarom knap ik de tafel op, zodat hij weer jaren mee kan.


'Ik denk vaak aan het jonge Joodse gezin dat dromen moet hebben gehad en net als ik at of spelletjes deed aan dezelfde tafel'
 

Frank wrijft over het hout. ‘Ja, sommige voorwerpen hè, als die een stem hadden. Wat zou die tafel ons niet allemaal kunnen vertellen.’

‘Kun je geen stemprothese voor hem maken? Dat zou pas een uitvinding zijn.’

We kijken elkaar aan.

Frank ziet eruit alsof hij de ingeving van de eeuw heeft. Hij straalt. ‘Ja! Dat is een goed idee.’ Dan kijkt hij dromerig in de verte. ‘Als ik dat toch eens zou kunnen ontwikkelen,’ prevelt hij.

 

'Nestvlinders', het dichtdebuut van Sabine van den Berg, is op 25 januari uitgekomen. In deze bundel staan ook tekeningen die zij bij haar gedichten maakte.

Eerdere afleveringen van De Biotoopfeuilleton staan op www.Sabinevandenberg.com

Tekst & illustratie: Sabine van den Berg

Auteurs
Auteur: Sabine van den Berg

Sabine van den Berg (1969) is als docent Proza verbonden aan de Schrijversvakschool te Groningen. Ze publiceerde eerder de romans De naam van mijn vader, De lachende derde, Wissel en Dingen die niet mogen.

Blijf op de hoogte

Volg onze sociale media voor het laatste nieuws: