Zoeken
Verjaardagspartijtje
Een jongen met rechtopstaand, witblond haar loopt me tegemoet. Zijn fluorescerende roze gipsarm bungelt in een mitella. Hij heet Jobbe, ik weet dat zijn vriendin en hij grafisch ontwerper zijn – lastig als je rechterarm dan in het gips zit.

Verjaardagspartijtje

Gepubliceerd op 7 april, 2017 om 00:00, aangepast op

Ik wijs op zijn arm: ‘Hoe kan dat nou?’
‘Ik deed mee aan een brombakwedstrijd.’
Samen met een vriend vormde hij een team. Het onderdeel waarbij zij tijdens het rijden een ballon moesten opblazen met de uitlaatpijp hadden zij al gewonnen. Toen kwam het onderdeel waarbij zij met de bakbrommer over een wipwap zouden rijden. Jobbe zat in de bak. De chauffeur schatte het kantelmoment verkeerd in, hij remde niet op tijd en ze werden gelanceerd. Zo brak Jobbe zijn pols.

Een paar maanden later ben ik onderweg naar mijn schrijfkast. Op de loopbrug staat, rond een tafel met chips en drankjes, een groepje dertigers. Jobbe en zijn vriendin heffen het glas en proosten met de anderen, die ik niet ken. Om hen heen liggen de meest uiteenlopende voorwerpen. Ballen, gewichten, rollen tape, een paar keukentrapjes, speelgoedautootjes, skateboards, kaarsen, rollen touw, katrollen, een gevulde gereedschapskist, planken en blokken hout.
‘Ik ben jarig,’ zegt Jobbe. Hij is vierendertig geworden. ‘Vandaag geef ik mijn verjaarspartijtje. We gaan een kettingreactie maken!’

Uren later, inmiddels loop ik in Jumbo en doe boodschappen voor het weekend, gaat mijn telefoon. Ik sta net bij de kassa, dus neem ik niet op. Thuis op de voicemail hoor ik Jobbe. Ze zijn bijna klaar. Hoewel ik het moment waarschijnlijk al gemist heb, haast ik me naar de loopbrug. De stapel spullen is verdwenen, daarvoor in de plaats staat er een overtuigende opstelling vanaf de hal tot aan het einde van de loopbrug, toch zeker zo’n meter of twintig. Ooit zag ik een kettingreactie in Science Center Nemo en deze opstelling doet qua lengte zeker niet onder voor die in Amsterdam. Mijn zoons waren kleuters, ze hadden het er naderhand nog dagen over en maakten tijdenlang zelf opstellingen.
De makers brengen de laatste details in gereedheid. Net op tijd weet ik mijn zoons er nog bij te halen. Beiden kijken weer net zo verwachtingsvol als toen ze klein waren.
Jobbe opent de kettingreactie, hij giet een emmertje vol dat aan een touw hangt. Het emmertje zakt, het touw trekt via een katrol een baksteen van een wipwap, een diabolo rolt omlaag, raakt een strijkbout die met een reep Duct tape op scherp staat, de bout klapt voorover, landt op een handvat, boven op het knopje, waardoor er een paraplu openschiet. De plu stoot tegen een plank die opzij zwaait. Op het uiteinde van de plank staat een waxinelichtje, het kaarsje komt precies onder een gespannen touw terecht. Het touwtje houdt een rond gewicht vast dat op een schuine helling ligt, boven op een keukentrap. Iedereen kijkt gespannen toe hoe het touwtje zwart kleurt en doorbrandt. We springen gillend naar achteren als het gewicht met een klap de grond raakt en met een dreun tegen de verwarming botst, en daar – met effect – een bal raakt die een blok hout doet omvallen. Zo gaat het maar door, totdat helemaal aan het einde een oud beeldscherm omlaag valt en er een envelop zichtbaar wordt, iedereen klapt en joelt: het cadeau voor Jobbe!

Schrijfster Sabine van den Berg leeft met haar gezin in de grootste kunstenaarsgemeenschap van Noord-Nederland: De Biotoop in Haren. In het voormalige Biologisch Centrum van de RUG wonen en werken meer dan 300 mensen. 

Ook de illustratie is van de hand van Sabine.

Auteurs
Auteur: Sabine van den Berg

Sabine van den Berg (1969) is als docent Proza verbonden aan de Schrijversvakschool te Groningen. Ze publiceerde eerder de romans De naam van mijn vader, De lachende derde, Wissel en Dingen die niet mogen.

Blijf op de hoogte

Volg onze sociale media voor het laatste nieuws: