Zoeken
Mijn lichaam is van mij
Ik lieg tegen mijn dochter. Ik leer haar: ‘mijn lichaam is van mij’. Mijn lichaam is van mij. Niet alleen is het een kromme, bijna kinderlijke formulering – je zegt toch ook niet ‘mijn fiets is van mij?’ – het roept ook de vraag op: is je lichaam dan vervreemdbaar, zoals een fiets? Maar bovenal is het een leugen. Want zodra mijn dochter de postzegel die Nederland is verlaat, gaat hetgeen ik haar voorhoud niet meer op.  

Mijn lichaam is van mij

Gepubliceerd op 10 februari, 2017 om 00:00

Vorig jaar ontmoette ik aan de andere kant van de wereld een meisje dat mijn dochter had kunnen zijn, behalve dat ze in een sloppenwijk van Rio de Janeiro woonde. Livia was een tienermeisje als alle andere, dat van voetbal hield, maar ook urenlang met vriendinnen kon kletsen terwijl ze elkaars haren deden. Zoals alle kinderen in de wijk, ging ze in het weekend naar de funkfeesten die door de drugsbende worden gehouden in een oude sporthal. Een paar maanden geleden werd ze door één van de kopstukken gevraagd naar het VIP-balkon te komen; een eervol verzoek dat je niet weigert. Eenmaal boven had een jongen seks met haar, korte tijd later bleek ze zwanger.

Terwijl haar buik begon te groeien, vroeg Livia zich af wat ze moest doen. Zwanger in een land waar kleine meisjes als seksuele wezens worden gezien, maar voorlichting taboe is en abortus verboden. Een land waar ieder kwartier een kind tussen de tien en veertien jaar een kind baart en één miljoen vrouwen per jaar een illegale abortus ondergaat. Zo jong, geen opleiding, geen vader voor haar baby. Gelukkig werd een jongen uit de naastgelegen wijk verliefd op haar; hij wilde wel voor Livia en haar kind zorgen als het geboren was.

Zover is het niet gekomen. Afgelopen Kerst kreeg ik uit Rio het bericht dat Livia overdag door jongens van de drugsbende uit haar huis was gesleurd, uit wraak omdat de jongen met wie ze verkering had van een andere bende was dan de vader van het kind in haar buik. Kilometers is ze meegesleept, smekend voor haar leven, maar het mocht niet baten. Eerst staken ze een mes in haar buik om de baby te doden, vervolgens hebben ze Livia levend in brand gestoken. De daders maakten met hun mobieltjes foto’s, die ze naar haar ouders stuurden. Ik denk steeds aan het geluid van dat binnenkomende whatsapp-bericht: een realiteit die onomkeerbaar wordt terwijl de foto langzaam op het scherm laadt en zich voor eeuwig op het netvlies van haar vader en moeder brandt. Er was geen begrafenis, geen onderzoek en geen sympathie, aangezien iedereen in de wijk het haar eigen schuld vindt. De enige nalatenschap die de ouders van Livia hebben is de foto van hun verbrande dochter en haar ongeboren kind.  

‘Mijn lichaam is van mij’, leer ik aan de andere kant van de wereld mijn dochter. Als Livia me nog kon horen zou ze me hoofdschuddend uitlachen. Haar lichaam was van iedereen behalve van haarzelf en op zoveel plaatsen in de wereld geldt exact hetzelfde. Er zit geen #shedecides in verkrachting, incest of huiselijk geweld. Er zit geen #shedecides in eerwraak, genitale verminking of kindhuwelijken. Geweld tegen mannen vindt plaats door vreemden, in oorlogen en conflicten. Geweld tegen vrouwen vindt plaats door bekenden, in de eigen gemeenschap, omdat we in een wereld leven waarin het normaal is dat anderen over een vrouwenlichaam kunnen beschikken, en vrouwen daarvan de gevolgen dragen.

Oók in Amerika, waar mannen de regels en sociale norm bepalen ten aanzien van voortplanting. Oók in Nederland, waar huiselijk geweld nog steeds de meest omvangrijke vorm van geweld is, en onder Balkenende anticonceptie uit het basispakket werd gegooid, waardoor wij de bizarre situatie hebben gecreëerd dat sommige vrouwen blijven terugkomen voor een gratis abortus omdat ze anticonceptie niet kunnen betalen. Daarom is de actie van Minister Ploumen zo belangrijk: het zendt een signaal dat we moeten blijven vechten om scheve machtsverhoudingen recht te trekken.      

‘Wel treurig: abortus als exportproduct’, heb ik mensen over deze actie horen zeggen. Wat een wereldvreemde opmerking. Het gaat hier over voorlichting en kennis, bescherming tegen geslachtsziekten, de verspreiding van voorbehoedsmiddelen en, als laatste redmiddel, de mogelijkheid je eigen levensloop bij te sturen. Het gaat erom meisjes en vrouwen wereldwijd iets meer zeggenschap over hun lichaam en leven te geven – niet op weg naar wereldheerschappij, maar op weg naar de nullijn.

Voor Livia is het te laat, maar nooit zal ik dit onderwerp licht nemen, nooit zal ik aanvaarden dat anderen meer macht over een vrouwenlichaam hebben dan zijzelf, dat ons lichaam vervreemdbaar is als een fiets die van eigenaar wisselt. Ik roep iedereen op verzet te blijven plegen tegen de krachten die dit tegenwerken. Zodat onze dochters hun dochters laten kunnen voorhouden: mijn lichaam is van mij – en het dan geen leugen meer is.  


Roxane van Iperen droeg deze tekst voor tijdens het RESIST Festival op 9 februari 2017 in Pakhuis de Zwijger in Amsterdam.

Aanwezig was ook kunstenaar en feministe Sarah Maple, die het beeld 'Your Body Belongs to You' maakte. Onder de titel 'Power to the people?' is de als moslima opgevoede Britse op dit moment artist in residence bij de KochxBos Gallery Amsterdam. Check de opening van haar expo op zaterdag 11 februari van 17.00 tot 20.00 uur! Tot en met 15 februari is Sarah dagelijks aan het werk in de galerie (m.u.v. zondag 12 feb) en kun je haar tussen 12.00 en 16.00 uur ontmoeten.

Auteurs
Auteur: Roxane van Iperen

Roxane van Iperen (1976) is auteur en jurist. In 2016 verscheen haar debuutroman Schuim der aarde, waarmee ze de Hebban Debuutprijs won. In 2018 volgde 't Hooge Nest. Het werd bekroond met de Opzij Literatuurprijs 2019 en stond op de shortlist van de NS Publieksprijs 2020. In 2021 schreef Van Iperen het Boekenweekessay De genocidefax, verzorgde ze de 4-meilezing en publiceerde ze Brieven aan 't Hooge Nest. Voorjaar 2022 verscheen haar essay Eigen welzijn eerst, en in 2023 volgde haar nieuwe roman Dat beloof ik.

Blijf op de hoogte

Volg onze sociale media voor het laatste nieuws: